Steeds meer bedrijventerreinen kampen met hitte, overbelasting van het riool en een versteende uitstraling. Toch zijn er volop kansen om juist op deze plekken te vergroenen en regenwater slim op te vangen. Sterker nog: we moeten er iets mee als we klimaatdoelen willen halen en toekomstbestendige bedrijventerreinen willen hebben. ‘We moeten anders naar ruimte kijken,’ zegt Sander Hoogland van Floridus. ‘Nederland is klein, dus we moeten functies combineren: economie én klimaatbestendigheid. Werken én recreatie.’
Wie: Sander Hoogland
Wat: Groenondernemer bij Floridus
Klimaatverandering vraagt om actie
Bedrijventerreinen bestaan vaak uit veel steen en weinig groen. Dat merk je aan alles: regenwater blijft staan, het wordt snikheet in de zomer, en de omgeving oogt weinig aantrekkelijk. Volgens Sander is het tijd om daar verandering in te brengen. ‘Een toekomstbestendig terrein houdt rekening met klimaatverandering. Denk aan verkoeling, biodiversiteit én het opvangen van regenwater.’ Waterretentie speelt daarin een sleutelrol. ‘Als je regenwater direct kunt laten wegzakken in de grond, voorkom je dat het riool overbelast raakt en verkoel je de aarde. Dat is beter voor het systeem én voor je terrein. Je hebt hiervoor praktische oplossingen, zoals poreuze buizen onder de grond, waarin het water vanzelf wegzakt of het afkoppelen van hemelwater van het riool.
Stenen eruit, planten erin
Wat kun je als ondernemer concreet doen? ‘Begin met een klein stuk terrein, vervang een deel van de bestrating door beplanting en zorg dat regenwater daarheen wordt geleid. Dat kan eenvoudig met een ondergrondse drain. Hiermee voorkom je wateroverlast, je pand blijft koeler in de zomer en het ziet er groener en meer uitnodigend uit. Zeker als meerdere bedrijven op het terrein meedoen. Een rijtje bomen voor je pand geeft verkoeling binnen én staat ook veel mooier.’ Beperkte ruimte hoeft geen belemmering te zijn. ‘Gebruik de vierkante meters die je hebt zo slim mogelijk. Denk na over wat je plant. Alleen gras is weinig biodivers, maar met een mix van bloemen, kruiden en struiken trek je bijen en andere insecten aan. Zelfs het maaibeleid kun je aanpassen om meer natuur ruimte te geven, zonder dat het terrein rommelig oogt.’
De rol van gemeenten, terreinbeheerders en experts
Volgens Sander ligt hier een taak voor gemeenten of parkmanagement, de ondernemers én de hovenier. ‘Gemeenten en parkmanagementorganisaties hebben niet altijd de juiste kennis van vergroening en waterretentie, maar zij zijn wél degene die experts kunnen inschakelen. Onze branchevereniging, VHG, zorgt ervoor dat al haar hoveniers kennis hebben van de maatregelen die je kunt nemen, wat de kosten en baten zijn van vergroening en hoe je je aanpast aan de regels die eraan komen. Zij kunnen een nulmeting doen en een concreet plan maken: wat is de huidige situatie, welke maatregelen zijn mogelijk en wat levert het op? Dat laatste is essentieel om ondernemers te mobiliseren. Niet alleen de kosten, maar juist de opbrengsten: minder wateroverlast, lagere energiekosten, een prettiger werkomgeving en een sterker imago. Gemeenten kunnen hier een faciliterende rol nemen als subsidieverstrekker.’ Hij noemt ook het belang van financiële prikkels. ‘Bij ons in Medemblik zie je hoe het Ondernemersfonds maar ook een Bijzondere InvesteringsZone (BIZ) plannen mogelijk maken. Daarmee geef je ondernemers houvast én handelingsperspectief.’
Wacht niet tot je moet
Volgens Sander is vergroening en wateropvang straks geen keuze meer, maar een verplichting. ‘Vanuit de overheid komt er regelgeving aan voor waterberging en vergroening, net als bij nieuwbouwwijken. Het is slim om nu al stappen te zetten. Wacht niet tot het moet, maar begin waar het kan. Elke tegel eruit is winst. En als je het samen doet, wordt het mooier, goedkoper én effectiever.’
> DEEL DEZE PAGINA
